Kantoor etiquette: Geen problemen

We lijken vergeten te zijn hoe we ons horen te gedragen op kantoor. We zijn vergeten wat wel en vooral ook wat niet hoort in een zakelijke setting. We zijn de kantooretiquette kwijt. Daarom is de serie De Kantooretiquette er. Zodat we weer een collectief geheugen kweken, over hoe het hoort op kantoor.


Hoewel we onder het systeemplafond ervan houden om zaken nodeloos complex te maken zodat we altijd werk hebben én interessanter lijkt, komt die complexiteit nooit met problemen. Hoe slecht het bedrijf ook presteert, hoe erg de markt ook zinkt en hoe onwijs ingewikkeld je bedrijfsvoering ook is: niemand, maar dan ook niemand kent problemen.

Hoe erg het ook wordt en hoe diep het dal ook lijkt, in de kantoorjungle bestaan geen shitshows, geen problemen, geen catastrofes, geen ellendige tegenslag, geen blamages, geen absolute rampen en zeker geen foutenfestijnen.

In plaats daarvan hebben we uitdagingen. En mocht je het woord uitdagingen willen ontwijken dan zul je termen als opgaven of  ontwikkelingen voorbij horen komen. Als er iemand echt in een exotische bui is dan passeert provocatie de revue – geen mens die exact snapt wat het is. Als er glashard gelogen wordt dan is alles een kans. En als de problemen echt op kosmische schaal tentoongesteld worden dan hebben we grote opgaven.

Hopelijk heb je het al door: we houden in de kantoorjungle van toxisch positivisme en er dient geen enkel wolkje aan de strakblauwe horizon te verschijnen. Durf je toch doembeelden, of nog erger de realiteit, te schetsen, dan is je carrière hetzelfde als Roel van Velzen: kort.

Het is niet zo dat we in het bedrijfsleven geen problemen oplossen. We vinden het alleen heel erg eng als ze problemen heten. We werken liever aan uitdagingen en opgaven. Want zo voelt het alsof we bouwen, in plaats van puin ruimen. Zo blijft het ego van de gemiddelde kantoortijger intact. En dat is van levensbelang.

Daarom snap ik dat dit sociale mijnenveld van bommen gehuld om kantoorpositiviteit wat kantooretiquette verdient. Zo stoot je niemand tegen het hoofd en help je je eigen carrière niet onnodig om zeep. Dát zou pas een uitdaging of opgave zijn.

Wat hoort niet

  1. Hart op de tong. Dat God de naïeve loonslaaf mag bijstaan die binnen de heilige muren van de kantoortuin durft te stellen dat er een probleem is. Je mag het mooi verpakken als uitdaging of unieke kans als je echt aan het probleem wil werken. Maar verpak het alsjeblieft als een Amerikaanse positiviteitsgoeroe.

  2. Problemen niet benoemen. Het zien van een probleem ontslaat je niet (geheel) van het benoemen ervan. In uitzonderlijke omstandigheden zal de kantoor-politieke setting je aanmoedigen om je kop in het zand te steken. Uitgezonderd deze situaties, dien jij het probleem keurig in regenbogen en eenhoorns te verpakken, zodat er wat mee gedaan kan worden.

Wat hoort wel

  1. Lippendienst. Wat wel hoort is elkaar een lippendienst bewijzen en als een volleerd struisvogel je hoofd in het zand steken. Kijk weg van de problemen of verkoop ze als uitdagingen en probeer er wat aan te doen.

  2. Roddelen. Uiteraard ben je niet gek en zie je de realiteit heus wel gebeuren. Tijdens het roddelen met collega’s kun je dit uitgebreid bespreken. Niet tijdens formele meetings. En al zeker niet in het bijzijn van management.

  3. Mitigeren. Hoewel we problemen niet kennen, kennen we wel risico’s onder het systeemplafond. Dat zijn potentiële problemen. Echte problemen pakken we niet aan, maar potentiële problemen willen we voor zijn. Wen eraan om waslijsten met risico’s en risico mitigerende maatregelen op te stellen. Ongeveer het halve bedrijf controleert, verbetert en verruimt die maatregelen voor je.

Volgende
Volgende

Kantoor etiquette: Bemoeien